Mijn maag begint te rommelen, mijn buik begint op te zwellen alsof ik zwanger ben, de blaas begint zich te vullen en ik begin aan alle kanten pijn te voelen door het al een tijd nagenoeg opgevouwen in de kist te zitten, om nog maar te zwijgen van de kramp in mijn kaken; dit ga ik nooit een hele nacht volhouden!
Ik probeer de spanning op mijn spieren iets te verminderen door zover als mogelijk binnen de beperkte ruimte die ik heb mijn onderbenen op te trekken om daarna mijn voeten tot aan het einde te strekken. En nog een keer en nog een keer. Ik merk daarbij ineens dat er iets aan speling zit in de helm en die, al is het een klein stukje, opschuift in de uitsparing van het bovenblad. Ik zet me nogmaals schrap, waarbij ik mijn achterhoofd tegen de helm druk en verdomd, ja hoor, het lukt me die nog een stukje op te schuiven. Ik slaag er niet in die zover naar achteren te duwen dat ik het rubberen mondstuk kwijt raak, maar wel dat mijn tong net genoeg ruimte krijgt om het gat dicht te drukken. Niet voor lange tijd, omdat ik kramp in m’n tong krijg. Maar het is al fijn om zo nu en dan de toevoer kort te kunnen stoppen en voor even niet het water te moeten doorslikken.
Als ik weer eens de benen optrek en strek, hoor ik een geluid. Niet van een opengaande deur of van voetstappen. Nee, het was een krakend geluid, van hout. En als ik me nogmaals strek, klinkt het weer. Komt dat van het schot achter me?
Ik probeer het opnieuw en ja, het kraakt echt achter me. En verbeeld ik het me, of zit er iets aan marge nu?
Ik schuifel op mijn kont wat naar voren om zo te proberen nog wat meer kracht te zetten. Bij die pogingen begin ik te zweten als een otter, maar ik zet door, want ik heb echt het idee dat mijn inspanningen vruchten afwerpen.
Ik wurm mijn handen met enige moeite langs mijn lichaam naar achter en voel inderdaad aan de onderkant van het schot een minieme spleet.
Kom op Lisette, vertelt mijn brein me, zet door, probeer het!
Ik rust, moet rusten, de handelingen van optrekken, strekken en kracht zetten kosten me te veel energie.
Ik drink en slik en drink en slik en ik probeer nieuwe krachten te verzamelen.
Kom op!
En ineens kan ik mijn vingers aan de onderkant tussen het schot en de kist krijgen. Zal het me dan toch lukken?
Na nog een paar keren van optrekken en strekken schiet het hout daadwerkelijk los en hangt het schot bovenaan nog ergens aan vast.
Ik probeer de plank met mijn handen los te wrikken en tegelijk tegen te houden, opdat die niet met een klap naar beneden dondert. Het loswrikken lukt, maar het hout is te zwaar in de positie waarop mijn handen het vast kunnen houden en met een in mijn oren enorme smak knalt het achter me neer op de grond.
Ik houd mijn adem in, voor even, omdat ik me daardoor bijna verslik.
Zal hij het gehoord hebben? Hoe lang doet hij erover om beneden te komen? En hoe laaiend moet hij wel zijn! Ik wacht en wacht, met een hart dat als een razende tekeer gaat.
Er gebeurt niets, hij verschijnt niet beneden.
Het lukt me om met mijn handen de onderkant van de helm vast te pakken en door met mijn hoofd er tegenaan te duwen weet ik de helm uit de uitsparing te krijgen. En wat is dat ding zwaar! Ik flikker er zowat mee achterover. Maar ik ben vrij! Nou ja, van de kist en van de watermarteling. Maar nu?
Iets zoeken waar ik hem mee neer kan slaan als hij binnenkomt. In één klap neerslaan, van mijn part hartstikke dood.
Terwijl ik in de sm-kelder rondsnuffel, want anders kan ik het niet noemen, zie ik achterin plots een stenen trapje. Erboven, iets schuin oplopend, twee luiken die afgegrendeld zijn met een balk aan twee haken. Is dat een toegang geweest om goederen in de kelder op te bergen? En als dat zo is, zit er dan achter die luiken de weg naar mijn definitieve vrijheid?
De balk is zwaar, loeizwaar. Maar ik heb adrenaline genoeg in mijn lijf om de balk los te krijgen van de haken en op de grond neer te leggen.
Als er nu maar geen slot aan de andere kant zit!
Ik duw. In beide zit beweging! Ik douw met alle kracht in me het ene open en behoedzaam sluip ik het trapje op. Ik ben aan de achterkant van het huis. De ramen beneden en op de bovenverdieping zijn donker. Ik durf het trapje nu helemaal op te gaan en sta met mijn blote voeten op de aarden grond van het erf. Dan slaat de paniek toe. Weg! Ik moet weg van hier! Maar niet over de toegang hier naartoe. Als hij alsnog wakker wordt en in de camper achter me aangaat!
De bosrand. Ik zie in het bleke licht van de maan een bospaadje het bos in gaan. Ik spurt over het erf en de bomen slokken me op. Ik voel niet eens de pijn aan mijn voeten van steentjes en dennenappels. Ik ren en ren, totdat ik hijgend voorover klap. Even rust, even kalmeren, even een moment van nadenken. Waarover? Waarom? Het enige wat ik moet is weg van hier en iemand vinden die me kan helpen, die de politie wil bellen, die …
Ik haast me verder. Ooit, ergens moet er een einde aan dit bos komen.
Licht. In de verte zie ik licht. Het bospad draait er iets vandaan, maar plots zie ik een weg. Het licht is van een lantaarn bij een flauwe bocht. En daar vandaan verschijnen koplampen van een auto. Het zal toch niet …
Maar als de auto de bocht door komt, is het in elk geval geen camper. Ik spring het asfalt op, wild zwaaiend met mijn armen. De wagen remt af en een man stapt geschrokken uit.
“Wat is…”
“Ik ben ontvoerd en gevangen gehouden en gemarteld door een gek! Een psychopaat! Bel alstublieft de politie.”
“Kom.”
Hij loopt naar zijn portier, buigt zich even naar binnen, de achterklep springt open. Stopt hij mij daar in, gaan alarmbellen bij me af.
Hij komt overeind met een deken in zijn hand, waarmee hij op me afsnelt en die om me heen slaat, waarna hij me met zachte drang naar zijn auto stuurt en me op de passagiersstoel neerzet. Hij belt 112, geeft het adres door waar hij met me heengaat. Een huis vlakbij, waar zijn vrouw zich over mij ontfermt.
—
Het vervolg werd één grote ramp.
Voor de rechtbank bekende hij wat er gebeurd was, maar dat ik hem daarvoor benaderd had. Ik was het die op zijn advertentie op een seks datingsite reageerde. De site en de advertentie werden aan de rechter getoond.
Meester Jan D. vervult graag de wens van onderdanige dames die een fantasie hebben over ontvoering, ongemakkelijke opsluiting en het moeten dienen van de Meester. Waarna nog een karakterschets van hem volgde en een telefoonnummer van de site dat gebeld kon worden met vermelding van het advertentiecodenummer. En dat had ik gedaan, met een prepaid telefoon.
Hij had mij ontmoet, we waren tot een scenario gekomen dat hij camera’s in mijn huis ging verbergen, dat ik briefjes en pakjes van hem ging ontvangen. En ik had hem verteld dat ik al actief was op een sekssite als camgirl. De rechter kreeg het filmpje van dikkopje te zien en van mijn meegaan in zijn idee van de plastrechter. Filmpjes die verdorie gewoon op een andere website te zien waren!
Het enige waar hij geen verklaring voor kon geven, was dat ik bloot door het bos was gaan rennen. Zijn advocaat gooide het op een te heftige ervaring vinden, gekoppeld aan een plotselinge aanval van paniek. Dat seksspeeltjes (een foto van mijn aangeschafte verzameling toys bij Christine vandaan) toch van een andere orde bleken te zijn dan een SM spel.
Mijn advocaat kon niet hard maken dat ik de advertentie nooit had gezien en niet vooraf aan de ontvoering al een ontmoeting met hem had. Hij werd vrijgesproken!
Na de rechtszaak ontving zowel mijn werkgever als mijn ex een niet te traceren pakket met vier filmpjes van mij op webcam. (Ik was voor die van dikkopje en trechter al vaker op de cam geweest.) Het resultaat daarvan was dat mijn werkgever dat als reden voor ontslag zag en mijn ex een procedure startte om mij uit de ouderlijke macht te ontzetten. Het UWV en de Raad voor de Kinderbescherming gingen daarin mee.
Totaal op dook ik voor een maand onder als gast in een klooster in Limburg. Waarin ik geconfronteerd werd met vragen als Hoe gaat het met mij? Slecht. Hoe sta ik erbij? Wankel. Wat heb ik nodig? Liefde, hulp. Wat is voor mij belangrijk? Me geborgen voelen. Wat zou ik willen?
En wat me dat gebracht heeft? Waar ik nu sta, ben? Bij Jan D.
Ik weet het, een vreemde keuze van me, hê? Want ik moet allerlei ontberingen doorstaan in zijn kelder. Ik word op allerlei manieren genomen, zowel door hem zelf als met toys.
Maar ook heb ik zijn lieve, zorgzame kant leren kennen.
Ik voel me geborgen.