Ik was murw, had ook geen idee hoe lang ik al in de cel zat. Uren? De hele nacht? Mijn maag rammelde, maar meer nog had ik behoefte aan drinken.
Eindelijk hoorde ik het getik van hakken in het gangetje. Moeizaam kwam ik overeind en net dat ik stond verscheen er een vrouw aan de andere kant van de tralies. Deze was ook geheel in het zwart gekleed, inclusief het zwarte masker, alleen had zij dijhoge rode laarzen aan.
“Mag ik alsjeblieft iets te drinken?” vroeg ik zachtjes, bijna bedeesd.
“Dadelijk.” Voor het eerst sinds onze ontvoering was er tenminste eentje die haar mond open deed. “Ik vertel je eerst wat er met je gaat gebeuren.”
Ineens drong het tot me door dat ik in mijn nakie tegenover een geklede vrouw stond. En dat ik niets kon bedekken, omdat nog steeds mijn polsen vast zaten aan de riem om mijn middel.
“Jij, en ook de drie vrouwen die bij je waren, worden gedurende een lange periode aan allerlei martelingen en vernederingen blootgesteld…”
“Wat!”
“Houd je mond, onderbreek me niet!”
Ik hield mijn mond, maar ik voelde een rilling van afschuw en angst langs mijn ruggengraat gaan.
“Met als doel dat jullie ervaren wat dat is en daar gewoon aan raken. Want het uiteindelijk doel is dat jullie verkocht worden op een slavinnenmarkt.”
Ik kon dit niet geloven, staarde haar geschokt aan.
“Ik zeg slavinnenmarkt, omdat jij als man eigenlijk bijvangst bent. Maar omdat mijn meiden je niet konden achterlaten, we willen geen getuigen van onze activiteiten, hebben zij ook jou meegenomen. Of ze hadden je ter plekke koud moeten maken.”
Was ik hen daar dankbaar voor? Ik wist het niet, eigenlijk wist ik helemaal niet meer wat ik moest, kon of wilde denken.
“Maar goed, we gaan ons best doen of we ook wat vrouwen enthousiast kunnen maken voor deze markt. Ze zijn er ook wel op die marktdagen, maar dat zijn lesbiennes en die zullen niet in jou geïnteresseerd zijn.”
Ze zweeg, leek na te denken of ze er nog iets aan toe te voegen had.
“En o ja, meewerkend gedrag en vorderingen in het traject worden beloond met een wat meer aangenaam verblijf. Een dekentje, een matras, een toiletemmer, dat soort dingen.”
Ze knikte. “Dat was het voor nu, ik zal je zo water laten brengen.” Waarna ze zich omdraaide en verdween.
Ik was totaal niet thuis in de wereld van BDSM, maar na een periode van – weken? – had ik alle facetten daarvan meegemaakt. Martelingen met zwepen, stokken, stukken hout, touwen, klemmen, stroom. Vernederingen, verbaal, maar ook als serveerster of huishoudster dienend. En seksueel, beffen (met een oogmasker voor) en oefenen in pijpen op een kunstpik.
Ik huilde nadien wat af in mijn opeenvolgende cellen, want ja, het lukte me uiteindelijk wel een ‘upgrade’ te verkrijgen, wat zelfs resulteerde in iets beter eten.
De slavinnenmarkt
Uiteindelijk kreeg ik te horen dat ik er klaar voor was, voor de markt. Waar ik hopelijk verkocht zou worden, want anders … En daar moest ik niet aan denken. De hoop om ooit weer een normaal leven te kunnen leiden, was sterker dan een verlangen naar het einde. Iets waar ik in het begin wel aan gedacht had, soms zelfs naar verlangd. Voor wat me overkwam, maar bovenal het gemis van mijn Lisanne en de zorgen wat zij en de andere twee vrouwen moesten doorstaan en wat hen te wachten stond op die markt en daarna.
Ik werd in gereedheid gebracht door één van de vrouwen die ik wel mocht, hoewel zoiets gek klinkt in de omstandigheden waarin ik verkeerde. Een lange, stevige vrouw die in elk geval eens wilde lachen en me zo nu en dan ook wat vertelde.
De voorbereidingen kostten niet veel tijd. De polsen geboeid op de rug, een halsband met een leiband eraan vast en boeien om de enkels met ertussen een korte ketting. Ik zou er niet gillend vandoor kunnen gaan, bedacht ik wrang.
“Hoe gaat dat in z’n werk op die markt?”
“Het is een veiling,” gaf ze aan. “Jullie worden één voor één voor op het podium gezet en na een introductie van jullie kunnen zet de veilingmeesteres een startbedrag in en gaat het bieden beginnen.”
“Wat zijn dat dan voor mensen?” vroeg ik me hardop in verbijstering af.
“O, heel divers. Soms zijn het tussenpersonen voor sjeiks of sultans die hun harem willen uitbreiden met iets nieuws. Soms oudere mannen die graag een speeltje in huis halen. Een enkele keer Japanners of Chinezen die de verfijnde kunst van martelen eens op een Europees slachtoffer willen uitproberen.”
Ik huiverde. Het klonk me niet prettig in de oren.
Ondertussen waren we het gangenstelsel onder het landhuis doorgegaan en bij een houten trap naar boven aangekomen.
“Je krijgt nu een mondknevel in, want het wordt niet gewaardeerd als je boven gaat staan schreeuwen.”
Ze liet me stil staan aan de rand van wat inderdaad een podium was. In het midden, tegen de met gordijnen afgedekte achterwand, zag ik maar liefst negen slavinnen. Negen! Waaronder de twee lotgenotes die we voor even bevrijd hadden en … Lisanne! De tranen schoten me in de ogen. Ik wilde vooruit lopen, maar een korte ruk aan de leiband deed me op mijn plaats blijven staan.
De slavinnen droegen ook enkelboeien met een ketting ertussen, maar ze hadden geen polsboeien om. Hun armen zaten achter hun rug in een soort van leren zak, die vanaf de polsen tot aan bovenaan met een rijgveter gesloten was. Daardoor werden de schouders iets naar achteren getrokken, met als resultaat dat de borsten pront naar voren staken. En ook zij hadden een mondknevel in en een halsband om met een leiband eraan.
De eerste slavin werd naar voren geleid, tot aan de rand van het podium, waar ik de dame zag in de dijhoge rode laarzen. Ze had een microfoon in de hand. De slavin was niet groot, slank, blond haar, in een vlecht.
Ik hoorde niet eens de aan haar toegedichte plussen, omdat ik vervuld van verlangen naar Lisanne keek en ik haar met een angstige blik naar mij zag kijken. Mijn aandacht ging pas naar de zaal, toen ik de veilingmeesteres het startbedrag hoorde roepen.
“Ik zet haar in op 1.000.”
Euro’s? Dollars? Met klapperende oren hoorde ik hoe het startbedrag in eerste instantie met 250 tegelijk omhoog schoot, totdat bij 6.500 een drietal bieders overbleef. En zij uiteindelijk voor 9.750 eh, verkocht was?
“Ze wordt nu van het podium geleid om klaar te worden gemaakt voor transport,” fluisterde mijn begeleidster.
En zo volgden nummer twee tot en met vijf, totdat Lisanne als zesde aan de beurt kwam.
Mijn hart schrompelde ineen en mijn benen wisten me nauwelijks nog te houden.
Bij een bedrag van 8.800 fluisterde mijn bewaakster: “Het gaat nu nog tussen een man die voor een sultan biedt, een duo van Meesteres en Meester en een man die een nieuwe pony zoekt voor op zijn farm.”
Ik maakte braakgeluiden vanachter mijn mondknevel.
“Eenmaal, andermaal …” De veilingmeesteres liet haar ogen nog even naar de bieders gaan, om dan aan te geven: “Verkocht.”
Mijn betraande ogen gingen naar de vrouw naast me. Vragend.
“Ze is voor 11.500 naar de tussenpersoon gegaan, dus gaat ze naar het Midden Oosten.”
Ook zij werd van het podium geleid en het drong tot me door dat ik haar waarschijnlijk nooit meer zou zien.
Na de laatste slavin was ik aan de beurt en ik bad, dat er niemand op mij zou bieden. En dat daarmee een einde kwam aan mijn leven, want voor mij hoefde het niet meer.
Ik hoorde niet op welke manier roodlaars mij aanprees. Ik staarde met nietsziende ogen in de richting van de zaal.
Totdat ik mijn begeleidster achter me hoorde fluisteren: “Het gaat nog tussen de Meesteres die jouw vriendin is misgelopen en een Meester van wie ik vermoed dat hij een homo is.”
“3.500,” hoorde ik een vrouwenstem zeggen. Gevolgd door die van roodlaars. “Oké, ik zie dat je hem voor dat bedrag mag hebben.”
Een rukje aan de leiband en nog steeds van de wereld slofte ik met mijn in het zwart geklede dame mee, de trap weer af naar beneden.